Internationaal

Internationale praktijkgroepen

20-07-2021

Rechtbank Rotterdam 20 juli 2021 - ECLI:NL:RBROT:2021:7771 (aanwijzing HD + afkondiging afkoelingsperiode)

Vandaag is uitspraak 35 gepubliceerd: een beschikking van de Rechtbank Rotterdam van 20 juli 2021 waarbij op verzoek van een schuldenaar in de persoon van Henri Bentfort van Valkenburg een herstructureringsdeskundige (HD) is aangewezen. Door een significante omzetdaling door Covid-19 heeft de schuldenaar haar werkzaamheden in de automotive branche verlegd naar de (grootschalige) verkoop van mondkapjes en medische handschoenen. In die hoek zijn de huidige liquiditeitsproblemen voor de schuldenaar ontstaan. De schuldenaar heeft wel geheel/gedeeltelijk betaald aan haar leveranciers, maar heeft de bestelde handschoenen niet volledig ontvangen. Daardoor kan zij niet aan haar verplichtingen jegens haar afnemers voldoen. Een afnemer heeft inmiddels conservatoir beslag gelegd en een andere afnemer heeft het faillissement van de schuldenaar aangevraagd. De schuldenaar stelt een herstructurering nodig is om een faillissement te voorkomen, vooral nu haar reguliere ondernemingsactiviteiten in de automotive weer toenemen en zij deze akkoordprocedure daaruit kan financieren.

Ook kondigt de rechtbank een afkoelingsperiode af van vier maanden. Hoewel de schuldenaar daar in eerste instantie (apart) om verzocht had, stelt zij ter zitting dat van een afzonderlijk verzoek daartoe geen sprake is. De rechtbank lijkt daar in mee te gaan. Nu een afnemer reeds het faillissement van de schuldenaar had aangevraagd, wordt de behandeling van deze aanvraag geschorst tot het moment dat de rechtbank op het verzoek tot het aanwijzen van een HD heeft beslist. Nu de rechtbank dit laatste verzoek zal toewijzen, dan zal de rechtbank tevens een afkoelingsperiode afkondigen en blijft de schorsing van de behandeling van de faillissementsaanvraag gedurende die periode geschorst.

Het verzoek tot opheffing van beslagen (conservatoir beslag op een appartementsrecht en bankbeslag) wordt overigens afgewezen. Nu de schuldenaar heeft verklaard heeft niet of onvoldoende aannemelijk gemaakt dat deze opheffing op dit moment noodzakelijk is om haar onderneming gedurende het WHOA-traject te kunnen blijven voortzetten.

Naar uitspraak 35

Key contacts

Ruud Brunninkhuis

Senior Associate | Advocaat
Stuur mij een e-mail
+31 (0)70 318 4200

Key contacts

Ruud Brunninkhuis

Senior Associate | Advocaat
Stuur mij een e-mail
+31 (0)70 318 4200