Internationaal

Internationale praktijkgroepen

10-11-2015

Uitvoeringswet richtlijn jaarrekening, wat zijn de consequenties?

De Europese Richtlijn betreffende de jaarlijkse financiële overzichten, geconsolideerde financiële overzichten en aanverwante verslagen van bepaalde ondernemingsvormen (de "Richtlijn") is op 1 november 2015 geïmplementeerd in de Nederlandse wetgeving ("Uitvoeringswet richtlijn jaarrekening"). Wat zijn de meest opvallende consequenties van de implementatie van deze Uitvoeringswet?

Bestuursverslag
De term jaarverslag werd verwarrend geacht, derhalve is de term jaarverslag gewijzigd in bestuursverslag.
Verder is artikel 2:393 lid 3 van het Burgerlijk Wetboek zodanig aangepast dat de accountant tevens moet onderzoeken of het bestuursverslag, in het licht van de tijdens het onderzoek van de jaarrekening verkregen kennis en begrip omtrent de rechtspersoon, materiële onjuistheden bevat.

Uiterste termijn voor publicatie
Op grond van artikel 30 van de Richtlijn, moet de jaarrekening worden gepubliceerd binnen een redelijke termijn, zijnde niet meer dan 12 maanden na het einde van het boekjaar. De nieuwe voorgeschreven verleningstermijn voor het opstellen van de jaarrekening heeft als consequentie dat de finale publicatietermijn voor deponering bij het handelsregister van de Kamer van Koophandel is verkort van 13 maanden naar 12 maanden (ongeacht of de jaarrekening is vastgesteld of niet). Dit geldt voor zowel B.V.'s als N.V.'s (behalve beursgenoteerde N.V.'s welke een niet-verlengbare termijn van 4 maanden hebben).
De termijn voor het opstellen van de jaarrekening is niet gewijzigd, alleen de termijn waarmee het opstellen van de jaarrekening kan worden verlengd is verkort van 6 maanden naar 5 maanden.
Voor verenigingen, stichtingen, coöperaties en onderlinge waarborgmaatschappijen is de termijn voor het opstellen van de jaarrekening ook ingekort met 1 maand, waardoor uitstel mogelijk is voor 4 maanden (in plaats van 5 maanden) resulterend in een finale publicatietermijn van 12 maanden (ongeacht of de jaarrekening is vastgesteld of niet).

Grootte criteria
Als gevolg van de implementatie van de Richtlijn, zijn de criteria voor entiteiten om te kwalificeren als klein, middelgroot en grote rechtspersonen, als bedoeld in titel 9 van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, en die dus gebruik kunnen maken van bepaalde vrijstellingen van verplichtingen zoals accountantscontrole, opstellen van een winst en verlies rekening of opstellen van een meer beperkte jaarrekening, aangepast als volgt:

Kleine rechtspersonen:
Rechtspersonen kwalificeren als kleine rechtspersonen wanneer een rechtspersoon op 2 opeenvolgende balansdata, zonder onderbreking nadien op 2 opeenvolgende balansdata, heeft voldaan aan 2 of 3 van de volgende criteria:
a. de waarde van de activa volgens de balans met toelichting bedraagt, op de grondslag van verkrijgings- en vervaardigingsprijs, niet meer dan EUR 6.000.000 (in plaats van EUR 4.400.000);
b. de netto-omzet over het boekjaar bedraagt niet meer dan EUR 12.000.000 (in plaats van EUR 8.800.000);
c. het gemiddeld aantal werknemers over het boekjaar bedraagt minder dan 50 (ongewijzigd).

Middelgrote rechtspersonen:
Rechtspersonen kwalificeren als middelgrote rechtspersonen wanneer een rechtspersoon op 2 opeenvolgende balansdata, zonder onderbreking nadien op 2 opeenvolgende balansdata, heeft voldaan aan 2 of 3 van de volgende criteria:
a. de waarde van de activa volgens de balans met toelichting bedraagt, op de grondslag van verkrijgings- en vervaardigingsprijs, niet meer dan EUR 20.000.000 (in plaats van EUR 17.500.000);
b. de netto-omzet over het boekjaar bedraagt niet meer dan EUR 40.000.000 (in plaats van EUR 35.000.000);
c. het gemiddeld aantal werknemers over het boekjaar bedraagt minder dan 250 (ongewijzigd).

Micro-ondernemingen:
Verder is er een nieuwe categorie toegevoegd zijnde "micro-ondernemingen". Micro-ondernemingen zijn rechtspersonen die, op 2 opeenvolgende balansdata, zonder onderbreking nadien op 2 opeenvolgende balansdata, hebben voldaan aan 2 of 3 van de volgende criteria:
a. de waarde van de activa volgens de balans met toelichting bedraagt, op de grondslag van verkrijgings- en vervaardigingsprijs, niet meer dan EUR 350.000;
b. de netto-omzet over het boekjaar bedraagt niet meer dan EUR 700.000;
c. het gemiddeld aantal werknemers over het boekjaar bedraagt minder dan 10.

De vrijstellingen welke onder meer gelden voor deze micro-ondernemingen zijn dat de toelichting op de jaarrekening achterwege mag blijven en dat de opstelling van de jaarrekening beperkt kan worden tot een beperkte balans en een beperkte winst- en verliesrekening en alleen de balans hoeft te worden gedeponeerd bij het handelsregister van de Kamer van Koophandel.

Verslag over betalingen aan overheden
De Richtlijn bevat een verplichting voor ondernemingen die actief zijn in de winningsindustrie of in de houtkap van oerbossen om een verslag openbaar te maken van betalingen aan overheden van de landen waar zij activiteiten verrichten. De Uitvoeringswet introduceert een nieuw hoofdstuk 8a, in welk hoofdstuk de grondslag is neergelegd om bij algemene maatregel van bestuur te bepalen welke ondernemingen een dergelijk verslag moeten opstellen en wat de inhoud van dat verslag moet zijn.

Toepasselijkheid
De nieuwe bepalingen zullen van toepassing zijn op de boekjaren welke aanvangen op of na 1 januari 2016, hoewel rechtspersonen er voor kunnen kiezen de nieuwe bepalingen vrijwillig toe te passen in de boekjaren welke vóór 1 januari 2016 zijn aangevangen. Hierbij kunnen deze rechtspersonen eerder van de vrijstellingen gebruikmaken welk de Richtlijn biedt aan kleine en middelgrote rechtspersonen. Wanneer de statuten worden aangepast moeten de nieuwe bepalingen in worden meegenomen vanaf het moment dat de Uitvoeringswet in werking is getreden.

Key contacts

Paul Deloo

Partner | Notaris
Stuur mij een e-mail
+31 (0)20 333 8393

Key contacts

Paul Deloo

Partner | Notaris
Stuur mij een e-mail
+31 (0)20 333 8393

Gerelateerd nieuws