Internationaal

Internationale praktijkgroepen

06-01-2022

WHOA-traject ADO Den Haag – de verlengde afkoelingsperiode andermaal verlengd en het ontwerpakkoord

Op 12 november 2021 heeft de Rechtbank Den Haag (ECLI:NL:RBDHA:2021:12464) op verzoek van de herstructureringsdeskundige Jeroen Reiziger de in het WHOA-traject van ADO Den Haag afgekondigde afkoelingsperiode nogmaals verlengd. Daarnaast is op 1 december jl. bekend geworden dat de herstructureringsdeskundige een voorstel voor een akkoord naar de stemgerechtigde schuldeisers en aandeelhouders heeft gestuurd. Wij gaan in dit blog in op deze meest recente beschikking van de rechtbank in de WHOA van ADO Den Haag en op het ontwerpakkoord.

Afkoelingsperiode andermaal verlengd
Op verzoek van ADO Den Haag heeft de Rechtbank Den Haag op 25 mei 2021 een initiële afkoelingsperiode tot 1 augustus 2021 afgekondigd (ECLI:NL:RBDHA:2021:5316). Deze afkoelingsperiode is op verzoek van de herstructureringsdeskundige door de rechtbank op 3 september 2021 verlengd tot 1 november 2021 (ECLI:NL:RBDHA:2021:9779). Op 28 oktober 2021 heeft de herstructureringsdeskundige een verzoek ingediend op de afkoelingsperiode nogmaals te verlengen en wel tot 25 januari 2022. Een langere afkoelingsperiode dan acht maanden (25 mei 2021 tot en met 25 januari 2021) is gelet op artikel 376 lid 5 Fw niet mogelijk.

Ter onderbouwing van zijn verzoek om de afkoelingsperiode nogmaals te verlengen stelt de herstructureringsdeskundige onder meer het volgende:

  • zonder afkoelingsperiode bestaat het risico dat crediteuren verhaal zullen zoeken voor hun vordering; verlenging van de afkoelingsperiode geeft de benodigde adempauze om een crediteurenakkoord tot stand te brengen;
  • de belangen van de gezamenlijke schuldeisers zijn gediend bij een verlenging van de afkoelingsperiode, terwijl derden tegenover wie de afkoelingsperiode werkt niet wezenlijk in hun belangen worden geschaad;
  • er is belangrijke vooruitgang geboekt in de totstandkoming van het akkoord.

De rechtbank kan het verzoek behandelen, nu het verzoek tot verlenging is gedaan op 28 oktober 2021 en daarmee voordat de verlengde afkoelingsperiode op 1 november 2021 zou zijn verstreken. Daarnaast gaat de rechtbank er van uit dat de feiten en omstandigheden die aan de beslissing tot afkondiging van de afkoelingsperiode en aan de beslissing tot verlenging daarvan ten grondslag hebben gelegen, zich nog steeds voordoen.

Zoals volgt uit het vijfde lid van artikel 376 Fw is voor een verdere verlenging van de afkoelingsperiode van belang of ADO Den Haag voldoende aannemelijk heeft gemaakt dat er belangrijke vooruitgang is geboekt in de totstandkoming van het akkoord. De rechtbank oordeelt dat dat het geval is: (i) de gemeente Den Haag heeft ingestemd met uitstel van betaling van de lopende huurverplichtingen tot na het lopende voetbalseizoen (1 juli 2022), hetgeen een positief effect op de liquiditeitsbehoefte heeft, (ii) de begroting is aangepast aan de sinds juni 2021 veranderde situatie; in die nieuwe begroting is niet langer sprake van een liquiditeitstekort voor het voetbalseizoen 2021/2022, (iii) de KNVB heeft de aangepaste begroting goedgekeurd. Hierdoor hoeft de aanvankelijk door de KNVB verlangde garantstelling niet meer te worden verstrekt en is de KNVB-licentie betaald voetbal zeker gesteld. Daardoor kan ADO Den Haag weer facturen naar sponsoren sturen.

Hoewel met een eerdere overnamekandidaat geen transactie tot stand is gekomen, hebben zich wel drie nieuwe gegadigden aangediend. Met een van die gegadigden is thans in verregaande mate overeenstemming bereikt. Voorwaarden voor een definitieve overeenstemming tussen deze gegadigde en ADO Den Haag zijn onder meer toestemming van de KNVB voor deze aandelentransactie en een succesvolle afronding van het WHOA-traject. Dit traject zal worden voortgezet en de verwachting is dat op een termijn van enkele weken aan de schuldeisers een akkoord kan worden aangeboden.

De afkoelingsperiode wordt gelet daarop maximaal verlengd, tot 25 januari 2022.

Het ontwerpakkoord van ADO Den Haag
Op 1 december jl. maakte ADO Den Haag bekend dat haar schuldeisers die dag een voorstel van herstructureringsdeskundige Jeroen Reiziger hadden ontvangen voor een gedeeltelijke uitkering op hun vorderingen die zij op 25 mei 2021 op ADO Den Haag hadden. Daarbij valt op dat in dit ontwerpakkoord 25 mei 2021 kennelijk als fixatiedatum wordt gehanteerd. De vraag is of dat juist is. Hoewel op 25 mei 2021 de rechtbank voor de eerste maal uitspraak heeft gedaan in het WHOA-traject van ADO Den Haag en daarbij Jeroen Reiziger als herstructureringsdeskundige heeft aangewezen en een afkoelingsperiode heeft gelast, lijkt het ons zuiverder om de datum van 3 mei 2021 als fixatiedatum voor vorderingen in het akkoord te hanteren. Op 3 mei 2021 heeft ADO Den Haag de startverklaring ter griffie van de rechtbank gedeponeerd. Wij menen dat op die datum het WHOA-traject van ADO Den Haag is gestart en dat vanaf die datum alle lopende verplichtingen integraal zouden moeten worden voldaan. Slechts alle vorderingen die op die datum bestonden, kunnen worden gewijzigd in het akkoord1.

Verder wordt duidelijk dat in het voorstel een gestaffelde uitkering aan concurrente schuldeisers wordt gedaan:

  • concurrente schuldeisers met een vordering tot EUR 500.000 ontvangen 20% van hun oorspronkelijke vordering;
  • over het deel van de vordering van EUR 500.000 tot EUR 1.000.000 euro ontvangen zij 15%;
  • over het meerdere boven EUR 1.000.000 euro 10%.

Schuldeisers met achtergestelde leningen ontvangen geen uitkering volgens het ontwerpakkoord. Daarnaast zou ook een aan ADO Den Haag gelieerde schuldeiser geen uitkering ontvangen. Uit het jaarverslag 2019/2020 van ADO Den Haag volgt dat aandeelhouder UVS de betreffende achtergestelde schuldeiser is. Preferente schuldeisers ontvangen ten opzichte van de concurrente schuldeisers het dubbele percentage.

Eerder, op 4 november 2021, maakte het bestuur van ADO Den Haag al wereldkundig dat zij overeenstemming had bereikt met Globalon Football Holdings over de volledige overname van de N.V. ADO Den Haag. Uit het ontwerpakkoord volgt dat deze gewenste nieuwe aandeelhouder de uitvoering van het akkoord financieel mogelijk maakt, terwijl alle huidige aandeelhouders hun aandelen onder het voorstel kwijt zullen raken.

Hoewel daarover onlangs enige discussie is gevoerd, menen wij dat aandeelhouders onder de WHOA inderdaad hun aandelen kwijt kunnen raken. Hoewel overdracht van de aandelen op papier mogelijk is, denken wij dat intrekking van de bestaande aandelen op de voet van artikel 2:99 BW praktischer is. Dat komt omdat voor intrekking van aandelen geen notariële akte is vereist, terwijl bovendien uit het vijfde lid van artikel 370 Fw volgt dat voor de intrekking van aandelen geen besluit van de algemene vergadering of een vergadering van houders van aandelen van een bepaalde soort is vereist. Dat maakt de uitvoering van de intrekking makkelijker. Tegelijkertijd zullen op de voet van artikel 2:96 BW nieuwe aandelen moeten worden uitgegeven aan de gewenste nieuwe aandeelhouder. Ook bij de uitgifte kan gebruik gemaakt worden van artikel 370 lid 5 Fw met dien verstande dat de uitgifte wel bij notariële akte geschiedt.

De stemgerechtigde schuldeisers en aandeelhouders hebben de kans gehad om zich over het voorstel voor een akkoord uit te laten.

We zijn benieuwd naar het definitieve akkoord dat zal worden voorgelegd, de daarop volgende stemming en het oordeel van de rechtbank nadat het verzoek voor homologatie daar zal worden neergelegd. In een volgende – mogelijke laatste in deze reeks – blog zullen we de aandachtige lezer daar weer van op de hoogte brengen.

1 De rechtbank Den Haag heeft in een zaak waarin een WHOA akkoord werd gehomologeerd eerder impliciet ingestemd met afwijking van startdatum en fixatiedatum, zie Rb. Den Haag 26 oktober 2021, onder 1.1 (startdatum 2 maart 2021) en onder 2.3 (fixatiedatum 2 april 2021).

-

Deze tekst verscheen eerder als blog op Herstructurering & Recovery Online (HERO), HERO, Ruud Brunninkhuis en Sjoerd Warringa 2021 / B-099,https://www.online-hero.nl/art/4211/whoa-traject-ado-den-haag-de-verlengde-afkoelingsperiode-andermaal-verlengd-en-het-ontwerpakkoord

Key contacts

Ruud Brunninkhuis

Senior Associate | Advocaat
Stuur mij een e-mail
+31 (0)70 318 4200

Key contacts

Ruud Brunninkhuis

Senior Associate | Advocaat
Stuur mij een e-mail
+31 (0)70 318 4200

Gerelateerd nieuws