Internationaal

Internationale praktijkgroepen

18-12-2018

Wet DBA: Update maatregelen ten aanzien van ‘werken als zelfstandige’

In vervolg op onze alert van 5 oktober jl. informeren wij graag over de ontwikkelingen met betrekking tot de Wet Deregulering Arbeidsrelaties (Wet DBA). De Minister van Sociale Zaken en staatssecretaris van Financiën hebben inmiddels een tweede voortgangsbrief verstuurd aan de Tweede Kamer. Kort gezegd wordt aangegeven dat de maatregelen met betrekking tot de “Arbeidsovereenkomst bij laag tarief” en de “Opt-out” mogelijkheid zijn vertraagd, er meer duidelijkheid beschikbaar is over de elementen die relevant zijn bij het bepalen van de gezagsverhouding (per 1 januari 2019 wordt het overzicht daarvan toegevoegd aan het Handboek Loonheffingen van de Belastingdienst) en dat er in de komende maanden een webmodule zal worden ontwikkeld voor het verkrijgen van een opdrachtgeversverklaring.

Opdrachtgeversverklaring en de webmodule
Opdrachtgevers kunnen via een webmodule een opdrachtgeversverklaring krijgen, indien uit de beantwoording van de gestelde vragen blijkt dat er geen sprake is van een dienstbetrekking. Met de opdrachtgeversverklaring wordt beoogd dat partijen helderheid krijgen over de kwalificatie van de arbeidsrelatie. De opdrachtgeversverklaring is geldig indien de webmodule naar waarheid is ingevuld en er in de praktijk dienovereenkomstig wordt gewerkt.

Op dit moment is er een vragenlijst ontwikkeld waarin zoveel mogelijk relevante vragen voor de beoordeling van de arbeidsrelatie worden gesteld. Deze vragenlijst is gebaseerd op de huidige jurisprudentie en is getest op begrijpelijkheid voor degenen die deze gaan invullen.

De komende maanden worden gebruikt om de vragenlijst uit te werken tot een hanteerbare beslisboom, die vervolgens zal worden omgezet in een webmodule.

Voor de zomer van 2019 volgt meer informatie over de voortgang op dit punt.

Verduidelijking gezag
In het regeerakkoord is afgesproken dat per 1 januari 2019 duidelijkheid zal worden gegeven over de vraag wanneer er sprake is van een gezagsverhouding – één van de criteria voor een arbeidsovereenkomst. Het doel is om opdrachtgevers meer handvatten te bieden om zelf te beoordelen of er sprake is van een dienstbetrekking.

De afgelopen maanden is gewerkt aan de verduidelijking van dit gezagscriterium. Dit is niet eenvoudig; bij de beoordeling van de gezagsverhouding wordt door rechters een holistische benadering gehanteerd waarbij geldt dat alle feiten en omstandigheden van het individuele geval in onderlinge samenhang moeten worden gewogen. Wel kan met indicaties en contra-indicaties voor gezag en voorbeelden enige duidelijkheid worden verschaft. Inmiddels is er een document beschikbaar waarin een zo goed mogelijk inzicht wordt gegeven in de elementen die onder het huidige recht en de stand van de jurisprudentie een rol spelen in de beoordeling of er sprake is van een gezagsverhouding. Uiterlijk per 1 januari 2019 zal dit document worden opgenomen in het Handboek Loonheffingen van de Belastingdienst. 

Arbeidsovereenkomst bij Laag Tarief (ALT)
Er zijn maatregelen aangekondigd ter bescherming van de zelfstandige aan de onderkant van de arbeidsmarkt die onder een bepaald tarief werken. Indien aan bepaalde criteria wordt voldaan, zal verplicht sprake zijn van een arbeidsovereenkomst. Deze criteria houden verband met een laag tarief in combinatie met een lange duur (meer dan 3 maanden) of een laag tarief in combinatie met reguliere bedrijfsactiviteiten.

Deze maatregel loopt vertraging op tot minstens 1 januari 2021 omdat er een substantieel risico is dat de maatregel in strijd is met het EU-recht. Als gevolg hiervan wordt de ALT de komende tijd op onderdelen nader uitgewerkt en wordt er gekeken naar alternatieve routes. Het kabinet kijkt bijvoorbeeld concreet naar de uitwerking van een minimumtarief, waarbij zou gelden dat zelfstandigen niet minder dan een tarief tussen de 15 en 18 euro per uur betaald mogen krijgen.

Opt-out
Om meer zekerheid te geven aan de bovenkant van de arbeidsmarkt komt er voor zelfstandigen die werken tegen een hoog uurtarief onder voorwaarden een opt-out van de loonheffing en de premies werknemersverzekeringen.

Het kabinet heeft onderzocht op welke manier de groep zelfstandige ondernemers wordt afgebakend en voor wie de opt-out van toepassing is. Hieruit blijkt dat de opt-out bedoeld is voor opdrachtnemers, die samen met hun opdrachtgever schriftelijk verklaren er gebruik van te willen maken. Indien er toch sprake blijkt te zijn van een arbeidsovereenkomst heeft de opdrachtnemer achteraf geen recht op werknemersverzekeringen en is er sprake van een verlicht arbeidsrechtelijk regime.

De opt-out zal gezamenlijk met de uitwerking van de onderkantmaatregel in wetgeving worden omgezet.

Tot slot
Wij zullen dit proces nauwgezet volgen en houden u graag op de hoogte.

Key contacts

Suzan van de Kam

Partner | Advocaat
Stuur mij een e-mail
+31 (0)70 318 4297

Gerelateerd nieuws