Sinds 1 januari 2018 geldt de Wet Beperkte gemeenschap van goederen. Onder de nieuwe wet trouwen mensen niet meer automatisch in gemeenschap van goederen. Voor wie op 1 januari 2018 al getrouwd was verandert er niets. Voor wie na 1 januari 2018 trouwt of een geregistreerd partnerschap aangaat, geldt echter een aantal belangrijke nieuwe regels.
De hoofdregels
De nieuwe wet heeft vier belangrijke uitgangspunten.
Huwelijkse voorwaarden en partnerschapsvoorwaarden
Wil je tijdens het huwelijk of geregistreerd partnerschap bezittingen of schulden apart houden? Dan ga je naar de notaris voor het opstellen van huwelijkse voorwaarden of partnerschaps- voorwaarden. Dat verandert niet door de nieuwe wet. Geef je toch de voorkeur aan een algehele gemeenschap van goederen? Ook daarvoor kan je bij de notaris terecht.
Wat verandert er voor ongehuwden?
Voor stellen die ongehuwd samenwonen is in de nieuwe wet niets geregeld. Voor hen verandert er dus niets. Wanneer zij afspraken willen maken kunnen zij daarvoor een samenlevingsovereenkomst laten opstellen.
Wat gebeurt er met het ondernemingsvermogen?
In de nieuwe wetgeving is een speciale regeling opgenomen voor zogenaamd ‘ondernemingsvermogen’.Wanneer één van de echtgenoten tijdens het huwelijk een onderneming begint, dan valt deze onderneming in de gemeenschap..
Had de echtgenoot-ondernemer reeds vóór het huwelijk de onderneming al, dan blijft de onderneming privé, maar komt aan de gemeenschap een redelijke vergoeding toe. Hoe hoog deze vergoeding is, is in de wet niet bepaald. Hierdoor kan het zijn dat de echtgenoot-ondernemer (al dan niet een gedeelte van) de winsten aan de gemeenschap moet vergoeden, waardoor deze bij echtscheiding gedeeld moeten worden.
Voorbeeld:
A is ondernemer en heeft een BV. Wanneer Als A trouwt blijft de BV van A. De BV valt niet in de gemeenschap van goederen, maar er ontstaat voor A wel de plicht “een redelijke vergoeding” aan de gemeenschap van goederen te betalen.
Hoe zit het met het huis?
Ook voor het eigen huis geldt dat bezittingen en schulden van vóór het huwelijk in beginsel buiten de gemeenschap vallen. Een gemeenschappelijke woning blijft echter gemeenschappelijk.
Voorbeeld 1:
A heeft een eigen woning en bijbehorende hypotheekschuld. Als A trouwt blijft de woning in beginsel van A. Maar wanneer de woning tijdens het huwelijk met gemeenschappelijk geld wordt verbouwd, dan kan het zijn dat de echtgeno(o)te recht heeft op een vergoeding. Administreren is dus belangrijk.
Voorbeeld 2:
A en B wonen samen. A is voor 25% eigenaar van de woning en B voor 75%. Als A en B trouwen wordt de woning gemeenschappelijk eigendom. Ieder is voor 50% eigenaar.
Drie vermogens
Als gevolg van het nieuwe systeem zullen er in beginsel drie vermogens gaan ontstaan, namelijk het gemeenschappelijke vermogen, het privévermogen van A en het privévermogen van B. Dit betekent dat tijdens huwelijk een goede administratie bijgehouden moet worden om te voorkomen dat bij einde huwelijk onduidelijk is wat nu het gemeenschappelijk vermogen omvat en wat privé is gebleven. Er zullen dus ook in de toekomst huwelijkse voorwaarden noodzakelijk zijn om onduidelijkheid te voorkomen, helderheid te verschaffen en administratieve latenverzwaring te voorkomen.
Zijn huwelijkse voorwaarden nu overbodig?
Wie het vóór-huwelijkse eigen vermogen voor zichzelf wil houden (of wie zijn partner niet wil opzadelen met vóór-huwelijkse schulden), hoeft nu geen huwelijkse voorwaarden te laten opstellen om dat te regelen. Toch zijn er nog wel degelijk gevallen waarin het opstellen van huwelijkse voorwaarden nog wel noodzakelijk zijn.
Als je de eigendomsverhouding van je huis anders dan 50/50 wilt regelen dan heb je nog steeds huwelijkse voorwaarden nodig. Of als de een meer geld in het huis heeft gestopt dan de ander. Of als je niet aansprakelijk wilt zijn voor schulden die je partner tijdens het huwelijk maakt. Om die reden kiezen mensen met een eigen bedrijf meestal voor huwelijkse voorwaarden. Dan worden niet allebei de partners meegesleept in een eventueel faillissement. Huwelijkse voorwaarden heb je ook nodig als je niet wilt dat alles in één pot terechtkomt.
Wilt u meer advies over dit onderwerp, vraag het de notaris.
