Internationaal

Internationale praktijkgroepen

18-08-2016

Nieuwe hypothekenwetgeving heeft ook gevolgen voor de executieveilingpraktijk

Op 14 juli jl. is nieuwe wetgeving voor het verstrekken van hypotheken aan consumenten in werking getreden.
De regelgeving is aangepast onder meer ten aanzien van informatieverstrekking aan kredietaanvragers en de wijze waarop de kredietovereenkomst tot stand komt.

Ook voor de veilingpraktijk heeft deze wetswijziging gevolgen.
Er is voortaan wettelijk voorgeschreven dat er twee maanden moeten verstrijken vanaf het moment dat de vordering opeisbaar is geworden, voordat de kredietverstrekker bevoegd is tot aanzegging van de executieveiling.
Daarnaast is de kredietverstrekker pas bevoegd over te gaan tot de executieveiling als hij de schuldenaar persoonlijk heeft uitgenodigd om in overleg te treden over de betalingsachterstand.

Er is wel een uitzondering, namelijk als in redelijkheid niet van de kredietverstrekker verlangd kan worden dat hij de tweemaandstermijn in acht neemt of de schuldenaar persoonlijk benadert. Dit kan bijvoorbeeld het geval zijn als de schuldenaar onvindbaar is, in staat van faillissement verkeert of de kredietverstrekker de veiling heeft overgenomen van de beslaglegger (zie art. 509 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering).

Vooralsnog lijken deze wijzigingen voor de praktijk geen grote gevolgen te hebben. In de praktijk hanteerden de meeste kredietverstrekkers deze procedures al op grond van interne gedragscodes.
Maar let op. Bij overtreding van deze nieuwe regels is de kredietverstrekker onbevoegd tot aanzegging van een executieveiling en dus onbevoegd om tot executoriale verkoop over te gaan.

Een andere wijziging die nog relevant is, maar wel vragen oproept, betreft de maximering van de schadevergoeding die de schuldenaar moet betalen vanwege niet-nakoming van zijn verplichtingen uit de kredietovereenkomst. De wetgever heeft aangegeven dat, naast de wettelijke rente, deze schadevergoeding alleen mag bestaan uit datgene dat nodig is ter vergoeding van het door hem geleden financiële nadeel. De vraag is wat hieronder precies mag worden verstaan. Dit zal de rechtspraak moeten uitwijzen. Over een soortgelijke bepaling ten aanzien van de vergoeding bij vervroegde aflossing zijn inmiddels Kamervragen gesteld.

Vragen over de gevolgen van de nieuwe wetgeving voor de veilingpraktijk? Wij informeren u graag.

Key contacts

Kirsten Prick

Partner | Kandidaat-notaris
Stuur mij een e-mail
+31 (0)70 318 4200

Key contacts

Kirsten Prick

Partner | Kandidaat-notaris
Stuur mij een e-mail
+31 (0)70 318 4200

Gerelateerd nieuws