Wettelijke basis voor de pre-pack

De pre-pack (ook wel: stille bewindvoering) krijgt een wettelijke basis. Op 21 juni 2016 heeft de Tweede Kamer het wetsvoorstel Wet Continuïteit Ondernemingen I (WCO I) aangenomen. Het doel van een pre-pack is om een mogelijk aankomend faillissement van een onderneming in relatieve rust voor te bereiden. Daartoe introduceert de WCO I een aantal nieuwe artikelen in de Faillissementswet, waardoor het wettelijk mogelijk wordt voor een rechtbank om - vooruitlopend op een mogelijk aankomend faillissement – op verzoek van de schuldenaar een beoogd curator aan te wijzen. Hierdoor kunnen de kansen op de voortzetting van een onderneming of een doorstart van rendabele bedrijfsonderdelen vergroot worden. Het wetsvoorstel bevindt zich nu in de onderzoeksfase in de Eerste Kamer. Verwacht wordt dat daarna de WCO I in werking zal treden.

Definitie van een pre-pack
De pre-pack is een procedure waarbij een rechtbank op verzoek van een ondernemer een beoogd curator aanstelt. Het cruciale verschil met een faillissement is dat de beoogd curator aangesteld wordt nog voordat daadwerkelijk het faillissement is uitgesproken. Het doel van een pre-pack is dan ook om – gedurende een relatief stille voorbereidingsfase – vast te stellen of een onderneming die dreigt failliet te gaan nog gered kan worden en of er doorstartmogelijkheden na een faillissement zijn. Hierbij is het de belangrijkste taak van de beoogd curator om de belangen van de gezamenlijke schuldeisers in het oog te houden; hij neemt niet de leiding over, maar volgt de stille voorbereiding kritisch.

Voorbereiding via pre-pack dient meerwaarde te hebben
Om als onderneming in aanmerking te komen voor een pre-pack moet naast de dreiging van een faillissementstoestand aannemelijk worden gemaakt dat een pre-pack meerwaarde heeft ten opzichte van een “gewoon” faillissement. Deze meerwaarde wordt geacht aanwezig te zijn wanneer de schade voor betrokkenen zodanig wordt beperkt bij een eventueel faillissement dat dit opweegt tegen het feit dat de voorbereiding in stilte is. Daarnaast wordt de meerwaarde ook aannemelijk geacht wanneer de kans op verkoop van rendabele onderdelen meer wordt vergroot dan het feit dat de betrokkenen geen invloed hebben op de samenstelling van de pre-pack.

Geen misbruik
De WCO I wil op een aantal wijzen misbruik van de pre-pack tegengaan. Zo dient de schuldenaar ten aanzien van deze meerwaarde de rechtbank wel juist te informeren. Bij onjuiste informatieverschaffing met het oogmerk de pre-pack op oneigenlijke gronden te gebruiken, voorziet het wetsvoorstel in een makkelijkere aansprakelijkstelling wegens onbehoorlijk bestuur door de curator. Tevens kan de curator in dat geval een civielrechtelijk bestuursverbod vorderen van de betrokken
bestuurder(s).

Inspraak werknemers
Als gevolg van een aangenomen amendement op het wetsvoorstel geldt tevens dat wanneer er bij de onderneming een ondernemingsraad of een personeelsvertegenwoordiging is ingesteld, de rechtbank bij de aanwijzing van een beoogd curator als voorwaarde stelt dat deze ondernemingsraad of personeelsvertegenwoordiging bij de ‘stille voorbereidingsfase’ voorafgaand aan het faillissement wordt betrokken. Indien het belang van de onderneming zich daartegen verzet, geldt de betrokkenheid van de zijde van het personeel niet als voorwaarde voor het toepassen van de pre-pack.

Vragen?
Buren heeft diverse advocaten in dienst die gespecialiseerd zijn in het insolventierecht en arbeidsrecht. Bij vragen over reorganisaties, herstructureringen, doorstart, incasso of faillissementsaanvragen, of wanneer u nadere vragen naar aanleiding van dit alert heeft, kunt u altijd contact met ons opnemen.