Cees-Frans Greeven
Partner | Advocaat
Stuur mij een e-mail
+31 (0)20 333 8390
Een interessant element van het Nederlandse vestigingsklimaat is dat een belastingplichtige ingeval van een aantal internationale situaties zekerheid vooraf kan verkrijgen van de Belastingdienst. De Staatssecretaris van Financiën heeft hiervoor in 2019 het Besluit vooroverleg rulings met een internationaal karakter (“Besluit”) gepubliceerd. Dit Besluit beoogt meer transparantie te bieden en tegelijkertijd het afsluiten van rulings in niet-gewenste situaties te beperken.
De niet-gewenste situaties waarvoor geen zekerheid vooraf kan worden verzocht hebben betrekking op (i) de situaties waarbij het besparen van Nederlandse of buitenlandse belasting de enige dan wel doorslaggevende beweegreden is voor de handeling of transactie is, (ii) de gevraagde zekerheid vooraf betrekking heeft op de fiscale gevolgen van directe transacties met entiteiten die zijn gevestigd in landen die op lijst staan van de Regeling laagbelastende staten en niet-cooperatieve jurisdicties en (iii) indien een persoon die betrokken is bij de aanvraag van de ruling door een entiteit op de EU-sanctielijsten staat.
Onlangs heeft de Staatssecretaris van Financiën het Besluit gewijzigd door onder andere een drietal uitzonderingen op te nemen op de situaties waarbij eerder geen zekerheid vooraf kon worden gezocht. Dit zijn de volgende situaties:
De actualisering van het Besluit geeft een verruiming van de mogelijkheden om zekerheid vooraf te zoeken ten opzichte van eerdere versie. Wij begrijpen dat de Staatssecretaris van Financiën terughoudend is met het geven van zekerheid vooraf in situaties met laagbelastende of non-coöperatieve jurisdicties. Dat er in de nieuwe versie van het Besluit er zekerheid vooraf kan worden gezocht in het geval de belastingplichtige zijn belastingbesparende structuur wil ontmantelen, lijkt ons een juiste toevoeging op de uitsluitingsgronden.
Volg ons!
Aanmelden nieuwsbrief LinkedIn